Jaarrapportage 2019

Financiën

Waterschapsbelastingen

De gehanteerde belastingtarieven voor begrotingsjaar 2019 komen overeen met de tarieven die in de algemeen bestuursvergadering van 11 december 2018 zijn vastgesteld.

De netto belastingopbrengsten zijn € 2,2 miljoen hoger dan de gewijzigde begroting.

(bedragen x € 1 miljoen)

Gewijzigde begroting 2019

Realisatie

Verschil resultaat met gew. begroting

Watersysteembeheer

87,6

88,8

1,2

Zuiveringsbeheer

49,8

50,8

1

137,4

139,6

2,2

* Door afrondingsverschillen sluit de optelling niet aan.

Watersysteembeheer

Opbrengst watersysteemheffing, € 0,8 miljoen voordeel
De opbrengst van de nog opgelegde aanslagen ingezetenenheffing over voorgaande jaren viel ruim € 0,1 miljoen hoger uit door een groter aantal woonruimten. Deze stijging van het aantal woonruimten zorgt ook voor een hogere opbrengst over het jaar 2019. Bij het opstellen van de begroting 2020 hielden we met dit hogere aantal rekening.
Bij het opstellen van de tweede kwartaalrapportage verwachtten we nog een lagere opbrengst gebouwd van ruim € 0,8 miljoen. De nog op te leggen aanslagen over voorgaande jaren vielen lager uit. Terwijl we ook voor het jaar 2019 rekening hielden met een lagere opbrengst. Toch blijkt op grond van de opgelegde aanslagen over 2019 dat de werkelijk gerealiseerde stijging van de WOZ-waarden hoger is dan de eerdere verwachting van Waarderingskamer.
Daarnaast bepaalden we na de uitspraak van de Hoge Raad het aanslagplichtige buitendijkse gebied opnieuw. De handmatige verwerking van deze nieuwe afbakening van buitendijkse percelen was bij het opstellen van de tweede voortgangsrapportage nog niet afgerond. Daarom en uit voorzichtigheid namen we in de tweede kwartaalrapportage in de prognose nog geen opbrengst voor de buitendijkse gebieden over de jaren 2018 en 2019 op. Na de verwerking van alle mutaties blijkt dat de opbrengst van buitendijks gebouwd vrijwel volgens het begrote bedrag is. Ten opzichte van de gewijzigde begroting is de opbrengst gebouwd ruim € 0,7 miljoen hoger.

Opbrengst verontreinigingsheffing, € 0,4 miljoen voordeel
Bij grote infrastructurele werken wordt vaak gebruik gemaakt van bronbemalingen. Hierbij wordt het opgepompte grondwater op het oppervlaktewater geloosd. Voor deze lozingen leggen we aanslagen verontreinigingsheffing op. In 2019 stelden we de definitieve aanslagen over de jaren 2016, 2017 en 2018 op. Omdat er meer water is geloosd dan eerder ingeschat, is de opbrengst over deze jaren € 0,3 miljoen hoger. Voor 2019 houden we rekening met een hogere opbrengst van € 0,1 miljoen.

Kwijtschelding, € 0,2 miljoen nadeel
De balanspost voor de kwijtschelding van met name voorgaande jaren (jaar 2018) is te laag ingeschat. Er is meer kwijtschelding verleend dan waar op was gerekend. Deze hogere kwijtschelding werkt ook door in de kwijtschelding voor het jaar 2019. De post kwijtschelding valt in totaal € 0,6 miljoen hoger uit. Voor de taak watersysteembeheer betekent dit een nadeel van € 0,2 miljoen.

Oninbaar, totaal € 0,2 miljoen voordeel
In 2018 liep het opleggen van de aanslagen vertraging op. Daardoor waren aan het eind van 2018 de openstaande posten flink hoger dan het meerjarige gemiddelde. Door dit hogere bedrag in 2018 en in verband met een aantal specifieke posten in 2019 besloten we om de voorziening oninbaar te verhogen. Toch waren aan het eind van 2019 de specifieke posten en het totaal openstaande bedrag flink lager dan vorig jaar. De daadwerkelijk oninbaar verklaarde bedragen in 2019 waren ruim € 0,5 lager dan begroot. Daarnaast stelden we de voorziening oninbaar met een bedrag van € 0,4 miljoen naar beneden bij. Dit leverde totaal op de post oninbaar een voordeel van € 0,9 miljoen op. Van dit voordeel komt € 0,2 miljoen ten gunste van de taak watersysteembeheer.

Zuiveringsbeheer

Zuiveringsheffing, € 0,7 miljoen voordeel
De zuiveringsheffing die over het jaar 2019 wordt opgelegd is ruim € 0,9 miljoen hoger dan het begrote bedrag. Dit wordt veroorzaakt door twee meetbedrijven die in 2019 aanzienlijk meer verontreinigd water loosden en hiervoor een hogere aanslag ontvingen.
De lagere belastingopbrengsten (€ 0,2 miljoen) gaan vooral over de balansposten van tabelbedrijven van voorgaande heffingsjaren (2016 en 2017). Inmiddels is door het NBK een groot deel van de achterstanden ingelopen. Hierdoor wordt het steeds duidelijker welke opbrengsten, die in het verleden waren ingeschat en als ‘nog op te leggen balanspost’ waren meegenomen, daadwerkelijk kunnen worden geïnd. In 2019 bleek dat we de balansposten over de jaren 2016 en 2017 in het verleden te hoog hebben ingeschat. Het te hoog opgenomen bedrag is in mindering gebracht op de balanspost. Dit leverde een nadeel op van € 0,2 miljoen.

Kwijtschelding, € 0,4 miljoen nadeel
Zie toelichting onder ‘watersysteembeheer’. Voor zuiveringsbeheer is er bij kwijtschelding een nadeel van € 0,4 miljoen.

Oninbaar, €0,7 miljoen voordeel
Zie toelichting onder ‘watersysteembeheer’. Voor zuiveringsbeheer is er bij oninbaarheid een voordeel van € 0,7 miljoen.

ga terug
Deze pagina is gebouwd op 05/27/2020 11:45:40 met de export van 05/27/2020 11:44:45